Hoe kan jij succesvol spontaan spreken? 3 tips uit de improvisatie theater wereld!
“Doe het niet te goed” roept onze toneelleraar Bart steevast. Dit roept hij, zodra wij het podium betreden om een scene te gaan spelen. Dat doet Bart heel bewust, omdat hij weet, dat als wij het “te goed” willen doen, we in ons hoofd schieten, we verkrampen en ons afsluiten van de rest van de spelers op het toneel. En dat levert bar saaie en slechte scènes op, kan ik je vertellen.
We denken dat door in ons hoofd te schieten, we grip zullen krijgen op de situatie en succes zullen oogsten, (met veel zaken in het leven kan dit goed werken) maar met toneelspelen en presenteren in het moment werkt dit echter niet. Het is dus belangrijk om te voorkomen dat we in de valkuil stappen van de verkramping en daarmee onze spontaniteit en kracht in het spreken verliezen.
Keith Johnstone, de grondlegger van het hedendaagse improvisatie theater, heeft in de jaren 60 allerlei oefeningen ontworpen, om zijn toneelspeler te helpen hiermee. Kortom: ze te helpen dealen met de enorme zenuwen die hen parten speelde voordat ze het podium betraden en tijdens het spelen.
Al deze improtheater oefeningen zijn op bepaalde principes gebaseerd. Principes, die ons enorm kunnen helpen als we lekker willen spelen en lekker willen presenteren. Hieronder heb ik 3 principes uitgewerkt en omgebouwd naar tips voor het spreken, zodat ze jou kunnen helpen meer vrijheid en ruimte te ervaren als je spreekt en daarmee spontaner te gaan spreken.
1) Omarm je “faalplezier”, fouten maken mag.
Juist je presentatie perfect willen doen, zorgt ervoor dat je in je hoofd schiet en gaat verkrampen. Natuurlijk dien je wel na te denken over wat je zegt, maar het hoeft niet perfect. Keer op keer zie ik dat als mijn cursisten kunnen/durven “loslaten” hun presenteer kwaliteit met sprongen vooruit gaat. En nog belangrijker, dat ze veel meer vrijheid en plezier gaan ervaren als ze spreken.
De tip: maak je een fout, vergeet je wat? Do not worry, bij presenteren gaat altijd wat mis; je dwaalt af; vergeet een belangrijk deel van je einde. Dit is helemaal niet belangrijk. Het is veel belangrijker hoe JIJ hiermee omgaat. Want, door hier ok mee te zijn, valt “jouw fout” veel minder op, lekt de energie niet ineens weg, en belandt je niet in de valkuil van de verkramping.
2. In het hier en nu zijn.
Echt in het “hier en nu” presenteren is waar de “ware kracht” zit van presenteren. Je voelt het meteen als iemand echt in het zelfde moment kan zijn met zijn/haar publiek.
Wat vaak gebeurt is dat sprekers terwijl ze een zin nog aan het uitspreken zijn, met hun gedachten al bij de volgende zin of onderdeel zijn (verstrooide focus, aandacht). Als dit veel gebeurt dan gaat de kracht uit de presentatie. Bovendien, is het ook helemaal niet leuk om zo te presenteren. Je glijdt zo gemakkelijk af naar jouw “automatische piloot”. Alle spontaniteit vloeit hierdoor weg uit jouw presentatie.
De tip om uit deze valkuil te blijven?
Probeer terwijl je spreekt, beschikbaar te blijven voor je publiek. (70% focus bij jezelf en je verhaal, 30% bij publiek). Dit voorkomt simpelweg, dat je in je hoofd schiet. Je verlegt eenvoudig je focus, van wat je uit het “hier en nu” houdt (te veel in je hoofd zitten), naar wat je in “het hier en nu” houdt, namelijk jouw publiek. Hierdoor ga je ook veel meer je inhoud delen i.p.v. opdreunen en krijg je meer plezier in het presenteren.
Of stel je voor dat jij met je publiek samen in 1 grote bol zit, i.p.v. dat jij op een eilandje zit en je publiek daar ergens aan de andere kant.
3. Accepteren zonder oordeel.
Kunnen zijn met je zenuwen en met wat er op het moment is, wellicht een verstoring in de zaal, iemand die jouw chagrijnig aankijkt in het publiek, is ook een enorm belangrijk principe. Het voorkomt dat je zelf “olie op het vuur” gaat gooien. Juist door geïrriteerd te raken of je enorm te laten raken door het feit dat iemand chagrijnig kijkt, kun je onbewust allerlei verhalen gaan maken in je hoofd. “Ohh het is vast heel stom wat ik zeg”, of “dit slaat ook eigenlijk nergens op”.
Dit kan er voor zorgen dat je zenuwen een “spiral effect” kunnen krijgen en je uiteindelijk een black-out kan krijgen. Juist door het kunnen accepteren dat deze zaken “part of the deal zijn” kun je dit “spiral effect” stoppen. Het neem wellicht de zenuwen niet weg, maar het heeft wel een neutraliserende werking, waardoor je zenuwen geen tuimelende duik naar beneden kunnen nemen.
Tip: 3 stappen voor accepteren zonder oordeel.
1. Voel je jouw zenuwen? Constateer het. “Ohh ik voel een siddering in mijn maag”, of “he ik heb een droge mond”. Je erkent simpelweg op een neutrale manier je zenuwen.
2. Zet ze vervolgens metaforisch op de plank naast je. Hiermee laat je los. Je kan daadwerkelijk zien dat je het op de plank zet
3. je richt weer alle focus op waar je mee bezig bent, de presentatie geven. (geen verstrooide aandacht).
NB: Dit kan zich in nano-seconden voltrekken.
Echter, alleen deze principes weten op hoofd niveau heeft weinig zin, het gaat om het ervaren, bewust worden, veel oefenen en doen.
Zoals afgelopen zaterdag toen we met een groep van 30 personen deze principes hebben toegepast door allerlei improvisatie oefeningen te doen in onze Presentatie training “Beken Kleur, Wordt Zichtbaar, Presenteer” (met Helgiene Sampimom improvisatie docent) .
Na de oefeningen vroegen we de deelnemers wat ze geleerd hadden over hun gedachten ten aanzien van presenteren. We kregen de volgende “quotes” te horen.
“hou het luchtig, maak het niet te zwaar!”
“Heb zelf veel plezier”
“Do not worry, be happy”
“Anderen maken evenzo veel fouten als jij”
“gewoon doen”
Wil jij leren hoe jij de kwaliteit en het plezier in presenteren een enorme boost kan geven, zodat jij spontaner, effectiever en professioneler gaat spreken? Wil je dit leren op een leuke manier die veel energie geeft?
Geef je dan op voor de open cursus, Presenteren met Plezier, zaterdag 27 mei.
Zie voor meer informatie: www.presenterenmetplezier.com.
Wil je weten wat anderen vonden van deze workshop?
“Het was interessant, boeiend, interactief, goed gedoseerd, inzichtelijk en gezellig. Zeg maar erg geslaagd”. K. van Deuren.
“Wat hebben we een leuke dag gehad afgelopen zaterdag. Super!” A. Koster